zondag 23 juli 2017

Oma's Appeltaart

Een bezoekje aan oma ging altijd gepaard met hondjes die om je benen heen dartelen, bramen plukken in de tuin, stoepkrijten op het garageplein, verhalen over vakanties naar Frankrijk... En wanneer ons bezoek van tevoren was aangekondigd, kregen we er vaak ook een stukje appeltaart bij. Oma's taart is een succesrecept in de familie; iedere keer weer smullen.


Eerder heb heb ik al eens een variant gemaakt op oma's taart (dat recept vind je hier). Meestal maak ik mijn eigen recepten, maar deze keer heb ik een recept gevolgd. Ik heb oma ooit een keer gevraagd om het recept van de appeltaart. Ze gebruikte hiervoor een oud bakboekje en kopieerde de bladzijde voor mij. Om het te bevestigen hebben we op dat moment ook direct maar even taart gebakken in de keuken, meteen even uitproberen!




Mijn vader verklapte dat het eigenlijk altijd mijn opa was die cakes bakte, maar deze taart kwam echt van oma! Oma kan helaas niet meer samen met ons van versgebakken appeltaart genieten, en ik neem dit appeltje nu van haar over. Vandaar dat ik oma's appeltaart volgens het originele recept heb gemaakt om samen afscheid te kunnen nemen. Een mooie herinnering die we met familie hebben kunnen delen.

 Dag oma 
en 
eet smakelijk!


zondag 4 juni 2017

Kersenkruimelvlaaitjes

Kleine taartjes zijn eigenlijk veel schattiger en stiekem ook makkelijker om te eten dan de grote exemplaren. Je hebt geen vorkje meer nodig! Hoewel, over knoeien kan er nog wel gediscussieerd kan worden, want bijvoorbeeld de kleine aardbeienvlaaitjes die je in de zomer wel eens tegenkomt (met een bodem van gesuikerd bladerdeeg, volgestopt met roomvulling en bedekt met aardbeien en wat gelei voor de glans), die zijn niet zo makkelijk netjes te eten zonder vorkje!

De kleine vlaaitjes die ik heb gemaakt zijn wel zo uit de hand te eten. En dat was ook goed te merken! Omdat ik maar één bakvorm heb waarin ik kleine tarteletjes kan maken, met een totaal van vier per keer, heb ik er wel een paar uur over gedaan om alle veertien taartjes uiteindelijk bij elkaar te krijgen. Ondertussen werd er al flink jacht gemaakt op de vlaaitjes. Gelukkig kon ik nog net eerst foto's maken, maar daarna gingen ze als een razende op!


Ik heb kleine vlaaitjes gemaakt, maar met deze hoeveel zou je kunnen proberen om er een of twee grotere versies uit te krijgen.

Kersenkruimelvlaaitjes
Voor 14 kleine vlaaitjes

Ingrediënten
- 475 g bloem
- 200 g suiker
- Snufje zout
- 300 g roomboter
- 700 g kersen in pot
- 30 g maizena
- 60 g suiker
- 1 ei, losgeklopt

Bereidingswijze
- Maak van de bloem, 200 gram suiker, zout en boter een kruimeldeeg. Dit gaat het snelste als je met (koude) vingers de boter in blokjes door de bloem en suiker heen 'knijpt'.
- Zet 270 gram van dit kruimeldeeg apart in een kom, dit is voor de topping.
- Voeg aan de rest van het kruimeldeeg 4-5 eetlepels water toe en kneed tot een soepel deeg. Wikkel dit in plastic folie en leg het 1-2 uur in de koelkast (het apart gezette bakje kruimeldeeg kan ook afgedekt in de koelkast).
- Roer voor de vulling de maizena tot een papje met wat sap uit de pot kersen. Doe vervolgens de volledige inhoud van de pot kersen met 60 gram suiker en het maizenapapje in een pannetje en verwarm tot het dik is geworden. Roer tijdens dit proces in de pan voor een gelijkmatige indikking.
- Giet de kersenvulling in een bakje of schaaltje en laat afkoelen.
- Rol na de koelkast-tijd (een deel van) het deeg dun uit op een licht bebloemd werkvlak.
- Vet de tartelette-vormpjes in en bekleed de vormpjes met een lapje deeg. Zorg dat de randjes ietsje boven de vorm uitsteken want het deeg krimpt iets tijdens het bakken.
- Prik met een vorm gaatjes in de bodem van het deeg. Bestrijk licht met losgeklopt ei. Zet de vormpjes 10 minuten in de koelkast terwijl je de oven voorverwarmd op 180°C.
- Bak de vlaaibodems 10 minuten in de oven.
- Verhoog de oventemperatuur naar 200°C. Vul ondertussen de vlaaibodems met kersenvulling en bestrooi met kruimeldeeg.
- Bak de vlaaitjes gaar in 20 minuten.

Eet smakelijk!

...voordat de Kersen-Tijger alles verslindt!


zondag 28 mei 2017

Olympische Sportrepen

In Arnhem ligt een bosrijke locatie genaamd Papendal. Hier worden evenementen en congressen gehouden, er is ook een hotel. Maar hetgeen waar Papendal toch het meest bekend om staat is de topsportfaciliteiten die daar aangeboden worden. Het is ook geen verrassingen dat vele Olympische atleten daar komen trainen.
Trainingslocaties voor verschillende sporten zijn aanwezig, net als geavanceerde meetapparatuur om de prestaties en ontwikkelingen van de atleten vast te leggen en steeds verder kunnen verbeteren. 

Maar topprestaties lever je natuurlijk niet met alleen trainen. Voeding speelt een belangrijke rol! Met passende voeding kan je geen topsporter worden, maar het kan een topsporter wel helpen om het maximale uit zichzelf te halen. Een honderdste van een seconde kan al het verschil maken tussen goud en zilver!

Daarom hebben ze in Papendal ook een eigen chefkok (Erik te Velthuis) die recepten ontwikkeld toegespitst op de behoeftes van de sporters. Dit is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek, en tegelijkertijd ook de individuele behoeften van de atleten die via de nieuwste technologieen gemonitord kunnen worden.


In 2011 bracht Erik te Velthuis in samenwerking met een dietiste een boek uit genaamd 'Goud op je bord' (ISBN10: 9054721766). Ik heb het boek zelf niet, maar afgelopen oktober 2016 had ik de kans gekregen om een sportreep te proeven die ontwikkeld was in diezelfde 'Gouden' lijn. 'Goud in je hand', was de naam die ze aan de reep hadden gegeven.

Het recept wat ik vandaag geef, is geinspireerd op deze Gouden reep uit Papendal, vandaar dat ik ze Olympische Sportrepen noem! Het maken van deze repen is erg makkelijk, maar een blender/keukenmachine is wel vereist, net als bij mijn powerballs, zuidvruchten-, of vijgenkoek, waar deze repen wel een beetje vergelijkbaar mee zijn.

Het voordeel van een reep is dat het makkelijk mee te nemen is in je tas en ook zonder geknoei gegeten kan worden. Erg handig na een heftige inspanning om je energie weer op peil te krijgen! Ik heb deze repen al in de praktijk getest na een 'maximaal-test'. Bij zo'n test wordt je maximale zuurstof verbruik gemeten, en daar raak je nogal uitgeput van! Om de sportieve jongens die deze test uitvoerden een beetje tegemoet te komen, had ik Olympische Sportrepen voor ze meegenomen. Ze waren er erg blij mee, dus bij deze: Jongens, het recept!

Olympische Sportrepen
Voor ca. 5 stuks

Ingrediënten
- 50 g gedroogde abrikozen
- 50 g dadels
- 50 g rozijnen
- 90 g creme-honing
- 25 g zonnebloempitten
- 60 g sesamzaad
- 70 g havermout (ik heb 40 g grove vlokken en 30 g fijne havermout gebruikt)
- 25 g hazelnoten
- 55 g amandelen en walnoten
- 1 el kokosrasp
- 1 rijstwafel

Bereidingswijze
- Doe alle ingrediënten in de blenderkom.
- Blend tot er een bal ontstaat.
- Duw het 'deeg' plat in een (bak)vorm (met bakpapier) en laat afkoelen in de koelkast.
- Snijd de 'koek' vervolgens in repen. Deze zijn buiten de koelkast te bewaren. Verpak ze in bakpapier om de repen makkelijk mee te kunnen nemen.

Veel plezier met sporten en eet smakelijk! ^-^

zondag 21 mei 2017

Cheesecake-brownies met frambozen

Mijn zus vroeg me laatst om cheesecake-brownies te maken. Maar toen kwam ik er achter dat ik nog geen recept had gemaakt voor gewone brownies! Dus daar was ik eerst mee aan de gang gegaan.
Ik heb mijn gewone brownierecept als basis gebruikt en daar een cheesecake-laagje aan toegevoegd. Uiteraard heeft mijn zus ze al lang geproefd, maar om een 'brownie-overload' (als dat al mogelijk is!) te voorkomen, heb ik even gewacht met het plaatsen van het recept.


Om een soort swirl te creëeren, had ik wat browniebeslag achter gehouden om over de cheesecakelaag te verspreiden. Alleen de eerste keer had ik iets te veel bewaard... Toen kreeg ik een soort sandwich-brownies! (Deed niets af aan de smaak overigens.)

In onderstaand recept heb ik frambozen meegebakken met de cheesecakebrownies. Het zurige van de frambozen is een frisse tegenhanger van de zoete brownie. Ik had ook een paar blokjes brownie met een kers erin gemaakt. Deze smaakten ook prima! Maar frambozen vond ik toch een betere combinatie.

(Frambozen) Cheesecake-brownies


Ingrediënten
- 100 g pure chocolade (ik heb Verkade chocolade gebruikt)
- 100 g ongezouten roomboter
- 3 eieren
- 140 g kristalsuiker
- 40 g bloem
- 10 g cacao
- 200 g mon chou
- 75 g witte basterdsuiker
- Vanille-essence
- Enkele (diepvries) frambozen (optioneel)


Bereidingswijze
- Verwarm de oven voor op 180°C graden. Zorg dat je een brownievorm (20x20cm) klaar hebt staan, vet deze in of bekleed met bakbakpapier.
- Breek de chocolade in blokjes en doe deze samen met de roomboter (in blokjes) in een kom. Zet de kom op een pan met heet water en laat au bain marie smelten. Laat de vloeibare chocolademassa afkoelen tot ongeveer handwarmte (tussendoor roeren). (Je kan de boter en chocolade eventueel ook smelten in de magnetron.)
- Maak het cheesecakebeslag door eerst de mon chou in een kom zacht te mixen. Voeg dan de basterdsuiker toe en mix erdoor. Als laatste mix je een ei en een scheutje vanille-essence erbij zodat je een mooi egaal, gietbare mix krijgt.
- Mix in een andere kom de laatste twee eieren en de kristalsuiker met een mixer op de hoogste stand tot het schuimig en bleek van kleur is (ca. 1-2 minuten).
- Spatel een beetje van het eimengsel door de chocolade. Doe daarna alle chocolade bij het ei in kom en spatel er doorheen tot de kleur egaal chocoladebruin is.
- Zeef de bloem en cacao boven de kom met het chocolademengsel en spatel er doorheen.
- Giet het browniebeslag in de brownievorm, maar houd circa 2 eetlepels beslag achter. Verdeel gelijkmatig over de vorm met een spatel.
- Giet de cheesecakemix over de browniemix en verdeel over de vorm. Schep daarna het achtergehouden browniebeslag op de cheesecakelaag en 'swirl' er door heen met bijvoorbeeld de achterkant van een lepeltje om mooie figuren te krijgen.
- Druk zachtjes (diepvries)frambozen in het beslag.
- Bak de cheesecakebrownies gaar in ca. 30 minuten. Het is goed als een sateprikkertje er schoon uitkomt.
- Laat helemaal afkoelen voordat je hem in blokjes snijdt.


 Eet smakelijk!


zondag 14 mei 2017

Abrikozen clafoutis

Clafoutis is van oorsprong een Frans gebakje. Traditioneel wordt het met kersen gemaakt, maar tegenwoordig zie je ook wel ander fruit in clafoutis recepten. Ik ben zelfs een keer een recept voor een hartige clafoutis tegen gekomen!

Ik 'ken' de clafoutis al heel lang. 'Eigenlijk is het gewoon een pannenkoekenrecept!', dacht ik toen ik voor het eerst een clafoutis recept las. Toch heeft het lang geduurd voordat ik het ook eens ging proberen, en deze moederdag is het dan zover!
Voor dit recept heb ik zelf gekozen voor verse abrikozen! Abrikozenjam doet het prima op appeltaart, gedroogde abrikozen heb ik meestal in de voorraadkast en daar kan je ook bijvoorbeeld taart mee maken. Maar de verse vruchten zijn uiteraard ook geschikt om mee te bakken (of los op te eten)!


Net als bij pannenkoeken heb je maar weinig ingredienten nodig. Het zijn ook basisingredienten die je meestal wel in huis hebt. Dit recept verschilt wel enigszins van het pannenkoekenrecept die ik normaal gesproken gebruik, omdat er in verhouding meer ei in zit en (een beetje) suiker, maar eigenlijk is het nog steeds gewoon een dikke ovengebakken pannenkoek. Sommige clafoutisrecepten gebruiken in verhouding veel meer suiker, maar met zoet fruit als vulling en eventueel een beetje poedersuiker erop, is dat eigenlijk niet nodig.
Als je je wilt wagen aan een hartige variant, zou ik helemaal geen suiker toevoegen aan het beslag, maar bijvoorbeeld kruiden en geraspte kaas. Als je dan tomaatjes in de bakvorm legt, heb je een pizza-clafoutis!


Daarnaast is het recept heel makkelijk, dus mocht je nog om een moederdag-gebakje verlegen zitten deze zondag... Verzamel wat melk (kan lactosevrij), bloem, eieren, suiker en fruit, en duik de keuken in! Warm is 'ie natuurlijk het lekkerste! ;)
Abrikozen clafoutis
Voor ca. 12 personen

Ingrediënten
- 100 g bloem
- 50 g kristalsuiker
- 280 ml melk
- 3 eieren (M)
- (Eventueel vanille-essence)
- 6 verse abrikozen (ca. 300 g pitloos)

Bereidingswijze
- Verwarm de oven voor op 180°C.
- Meng de ingredienten voor het beslag in een kom met een garde.
- Was en halveer de abrikozen, verwijder de pitten.
- Vet een dichte (! anders loopt het beslag er uit) taartvorm of -schaal goed in (ca. 27 cm).
- Verdeel de halve abrikozen over de bodem met de bolle kant naar boven.
- Schenk het beslag erbij in de vorm.
- Schuif de vorm in de oven (voorzichtig om niet te knoeien!) en bak in ca 30 minuten goudbruin en gaar. De clafoutis zal uit de oven nog bol staan, maar daarna inzakken, dat is normaal ;).
- Bestrooi naar wens nog met poedersuiker en geroosterd amandelschaafsel.

Eet smakelijk!

zondag 7 mei 2017

Choco-Mint Ystervarkies

'Ystervarkies' zijn stekelvarkens in het Afrikaan, maar het is ook een gebakje: een blokje cake omhuld met (meestal) chocoladeglazuur en gerold in kokos (als 'stekeltjes'). In Australie heten ze 'Lamingtons', en in Griekenland 'Snow Whites'. Je kan dit gebakje dus in verschillende landen vinden, maar allemaal hebben ze het omarmd als een nationale lekkernij. En dat is iets wat ik ze zeker niet kwalijk kan nemen! ;)
Ik heb al eens eerder een Afrikaans gebak gemaakt: Melktert!

Er zijn nog meer verschillende recepten om dit te maken dan dat er verschillende namen voor zijn! Ik kwam varianten tegen die maakten een spongecake, anderen maakten een 'pound' cake als basis. Er leek niet echt een vaststaand recept te zijn, dus ik heb zelf een nieuw recept er van gemaakt!


Ik heb ystervarkies in verschillende kleurtjes voorbij zien komen, ze gebruikten daar een andere glazuur dan gewone cacao of chocolade. Ik heb het chocolade-'jasje' gehouden, maar een verrassing verstopt aan de binnenkant; mintvulling! Net als de after eight-chocolaatjes. (Kijk, hij lacht je toe :D.)


Voor de vulling heb ik verschillende mogelijkheden getest. Enkel mint-glazuur bleek iets te veel van het goede. Mint en chocoladepasta ging beter, maar was nog steeds niet 'wauw'. Mijn allereerste idee voor de vulling, bleek eigenlijk de meest aangename. Ik wilde namelijk een kern hebben van mintglazuur, omhult met chocolade. Hiervoor had ik gesmolten (mint)chocolade gebruikt (van Lindt), wat hard is bij kamertemperatuur en dus een extra textuurverschil geeft als je in je cakeje bijt! De chocolade geeft een lichte 'crunch', en daarbinnen vind je dan een kern van mint-vulling. Bijkomend voordeel is dat de mintsmaak gecentreerd is in het cakeje en niet verspreid over het hele cake-blokje.


Hetzelfde gold eigenlijk ook voor het omhulsel. Ik testte een glazuurversie gemaakt met voornamelijk water (en suiker en cacao), en een met chocolade. Deze laatste had uiteraard meer textuur na het 'uitharden', en kon ook meer tegenwicht bieden qua chocoladesmaak tegenover de krachtige mint-vulling.

De blokjes cake worden in chocoladeglazuur gedoopt. Dit gaat het makkelijkst als de cake volledig is afgekoeld, anders brokkelt het uit elkaar. Het liefst laat je de cake na het bakken een nachtje op tafel staan. Een beetje uitdrogen is niet erg, want dan neemt de cake de glazuur ook goed op!

Met dit recept kun je grotere blokjes maken, dan heb je echt een gebakje. Maak je ze kleiner, dan kom je meer richting petit-fourtjes.

Choco-Mint Ystervarkies
Voor 16 of 36 stuks


Ingrediënten
- 250 g melk
- 80 g boter
- 4 eieren (M)
- 275 g kristalsuiker
- 400 g bloem
- 1 tl bakpoeder
- snufje zout
- vanille-essence

Vulling
- 30 g witte basterdsuiker
- 30 g poedersuiker
- 1/2 tl mint-essence
- 1 1/2 tl water
- 60 g mint-chocolade

Dip
- 450 g poedersuiker
- 30 g cacaopoeder
- snufje zout
- 150 g melk
- 30 g boter
- 75 g mintchocolade
- ca. 250 g kokosrasp

Bereidingswijze
- Verwarm de oven voor op 200°C.
- Verwarm de melk en boter voor de cake zachtjes in een pannetje tot de boter is gesmolten. Haal van het vuur en zet even opzij.
- Mix in een kom de eieren en suiker met de mixer op de hoogste stand in 5-10 minuten bleekgeel en lobbig.
- Zeef de bloem met bakpoeder en zout een kom. Zeef vervolgens 1/3 hiervan boven de bak met opgeklopt ei en spatel erdoor. Zeef nogmaals 1/3 van de (oorspronkelijke hoeveelheid) bloem boven de kom met ei en spatel erdoor.
- Bij het laatste 1/3 deel bloem doe je de melk, boter en vanille-essence. Mix met een garde klontvrij. Dit spatel je vervolgens door het ei/bloem-mengsel.
- Neem een grote vierkante bakvorm/bakplaat en leg hier bakpapier in. Een lage bakplaat van 35x24 cm is prima voor kleine blokjes. Met een brownieblik van 20x20cm kan je grotere blokjes maken, maar daar past maar 2/3 van het beslag in.
- Bak de cake op 180°C goudbruin en gaar in 20-30 minuten.
- De cake laat je volledig afkoelen op een rooster (het liefst laat je hem een nacht staan).
- Snijdt de cake na het afkoelen in vierkante blokjes van 5x5 of 2.5x2.5 cm.
- Maak de mintglazuur door de suiker, poedersuiker, mint-essence en water door elkaar te roeren. Voeg eventueel nog een halve theelepel water. De glazuur moet stevig zijn, maar nog wel vloeibaar.
- Smelt de mintchocolade (bijvoorbeeld met 20 sec intervallen in de magnetron).
- Snijd de blokjes cake door op 1/3. Hol de dikke helft van de cake een beetje uit met een lepeltje.
- Besmeer de wanden van het kuiltje met de vloeibare chocolade. Vul deze met mintglazuur.
- Doe wat vloeibare chocolade op de dunne cakehelft en plak deze als een dekseltje op de gevulde cakehelft. Herhaal dit voor alle cakeblokjes.
- Meng voor de dip de poedersuiker, cacao en zout in een kom.
- Verwarm de melk en boter in een pannetje. Roer daar vervolgens de chocolade in stukjes gebroken doorheen. Meng deze gesmolten chocolade met een garde door het suiker/cacaomengsel tot een homogeen geheel.
- Doe de kokosrasp in een diep bord.
- Doop de blokjes cake in de chocoladedip zodat ze aan alle kanten volledig bedekt zijn. Laat de cakejes op een vork afdruipen boven de rand van het bakje (je kan ze ook op een rooster af laten druipen, maar dan gaat er wel chocoladedip verloren).
- Rol de blokjes door de kokos en leg ze op een vel bakpapier om verder uit te harden.


Eet smakelijk!

De blokjes kunnen buiten de koelkast (afgedekt met plasticfolie) tenminste 5 dagen bewaard worden. De resterende cake, glazuur en chocolade kun je natuurlijk ook nog samenvoegen! ;)


zondag 30 april 2017

Nigiri-sushi

In een van de vorige posts heb ik uitgelegd hoe je sushirijst kan bereiden.
Ook schreef ik (inclusief receptje) over een tijdbesparende wijze van serveren die in Japanse huishoudens best populair is. Namelijk chirazisushi, waarbij je de nori, vis, ei, etcetera gewoon boven op de rijst legt. De simpelste vorm van de 'handheld' sushi is de nigiri sushi.

Het is heel belangrijk dat je goed hygienisch werkt! Dus schone handen en een schoon werkblad. Dat is sowieso belangrijk bij koken, maar nu extra omdat je met rauwe ingredienten werkt.
Daarnaast is natuurlijk ook belangrijk dat de vis waarmee je werkt vers is. Je wilt natuurlijk niet je gasten met een voedselvergiftiging opzadelen...

Voor Nigiri-sushi gebruik je per stuk ongeveer 15 gram sushi-rijst. Deze kneed je zachtjes tot een bolletje (niet te hard de rijst pletten, want daar wordt de structuur van je sushi minder lekker door). Het plakje vis (zoals zalm of tonijn, garnaal kan ook) leg je in je linkerhand (als je rechtshandig bent), daar smeer je een beetje wasabi op (met je rechter wijsvinger), en vervolgens leg je je bolletje rijst er op. Draai het pakketje om in je hand zodat het stukje vis bovenop ligt. Vorm de sushi voorzichtig met de duim en middelvinger van je rechterhand. Je kan de duim van je linkerhand gebruiken om de sushi tegen te houden, maar je oefent er verder geen kracht mee uit. Richt op een rechthoekige vorm sushi. Deze leg je op een bord zodat je de volgende sushi kan maken.


Als je bij het opeten deze sushi in de sojasaus wil dippen, dip dan de kant met de vis in de sojasaus. Het is namelijk niet de bedoeling dat de rijst volgezogen wordt met sojasaus ;)

Chef Tomikawa doet het even voor: